1. Inleiding
Een correcte loodslab rond uw schoorsteen is essentieel om regenwater buiten de deur te houden. Te dun of onjuist geplaatst lood kan leiden tot lekkages en dure vervolgschade. In deze uitgebreide blog ontdekt u:
- Waarom loodslabdikte belangrijk is
- Welke diktes gangbaar zijn en hun toepassingen
- De verplichte inzetdiepte van 40–60 mm in de voeg (Bouwbesluit)
- Stappenplan voor correcte montage
- Veelgestelde vragen
- Do’s & don’ts
2. Waarom de juiste loodslabdikte cruciaal is
- Mechanische sterkte: voldoende dik lood zorgt dat het niet vervormt onder weer en wind.
- Flexibiliteit bij temperatuurwisselingen: lood zet uit en krimpt, dus een goede dikte voorkomt scheuren.
- Duurzaamheid: dikkere slab gaat langer mee en resistent tegen UV, regen en vervuiling.
3. Gangbare loodslabdiktes en hun toepassingen
| Loodslabdikte (mm) | Aanduiding | Toepassing |
|---|---|---|
| 0,6 mm | 60/10 | Standaard daklood bij vlakke daken |
| 0,7 mm | 70/10 | Extra robuust voor hogere exposities |
| 0,8 mm | 80/10 | Zware omstandigheden, kustregio’s |
| 1,0 mm | 100/10 | Monumentaal werk of zeer hoge temperaturen |
Tip: voor een normale schoorsteen en standaard klimaat volstaat vaak 0,6 mm; in winderige of kustgebieden raden we 0,7 – 0,8 mm aan.
4. Bouwbesluit-eis: inzetdiepte 40–60 mm
Volgens het Bouwbesluit moet loodslab in de voeg worden geplaatst met een inzetdiepte van minimaal 40 mm en maximaal 60 mm in het metselwerk. Dit garandeert:
- Waterkerende aansluiting: genoeg overlap om capillaire werking te voorkomen.
- Sterke verankering: mortel om het lood heen biedt extra bevestiging.
- Eenvoudig onderhoud: de slab is goed bereikbaar en zichtbaar voor inspectie.
Let op: wij brengen te allen tijde loodslabben aan volgens deze 40–60 mm inzetdiepte.
Vrijblijvend contact welke dikte lood voor schoorsteen?
5. Stappenplan voor montage
Inspectie en voorbereiding
- Controleer het metselwerk: vervang holle of verpoederde voegen.
- Bepaal welke loodslabdikte nodig is op basis van locatie en blootstelling.
Uithakken van de voeg
- Frees de bestaande voeg 15–20 mm diep uit en maak de ruimte 40–60 mm hoog vrij.
Reinigen en bevochtigen
- Borstel stof en mos uit de voeg; bevochtig licht om een goede hechting te bevorderen.
Plaatsen van EPDM (optioneel)
- Voor extra waterkering kunt u eerst een EPDM-strook inleggen vóór de loodslab.
Aanbrengen loodslab
- Snijd de slab op maat: voldoende breedte voor panoverlap en min. 40–60 mm inzet.
- Plaats de slab in verse kalkhoudende mortel en druk stevig aan.
Verankering
- Zet, indien nodig, een RVS-bevestigingsprofiel over het lood voor extra houvast.
Afwerking met voegmortel
- Werk de boven- en onderkant af met flexibele, dampopen voegmortel en strijk glad.
Eindcontrole
- Voer een waterslangtest uit en controleer bij de eerstvolgende regen of alle naden droog blijven.
6. Veelgestelde vragen
- Mag ik minder dan 40 mm inzetten?
Nee, volgens Bouwbesluit is minimaal 40 mm verplicht om capillaire opstijging te voorkomen. - Is EPDM voldoende zonder lood?
EPDM is een goede extra laag, maar vervangt nooit de mechanische en UV-bestendige eigenschappen van loodslab. - Hoe vaak inspecteren?
Minimaal jaarlijks bij de schoorsteenveeging en inspectie; controleer op loslatend lood of mortel. - Kan ik zelf loodslab plaatsen?
Voor kleine klussen op veilige hoogte mogelijk; bij steile daken of houtconstructie laat u een vakman werken. - Wanneer kies ik 0,8 mm in plaats van 0,6 mm?
Bij schoorstenen op hoge gebouwen, kustlocaties of waar extreme wind en regen heersen.
7. Do’s & Don’ts
| ✔️ Do’s | ❌ Don’ts |
|---|---|
| Volg altijd de inzetdiepte 40–60 mm (Bouwbesluit) | Minder dan 40 mm inzet in de mortel plaatsen |
| Kies loodslabdikte passend bij expositie | Te dun lood (0,5 mm of minder) gebruiken |
| Gebruik kalkhoudende, flexibele mortel | Standaard cementmortel zonder flexibiliteit |
| Controleer na montage op waterdichtheid | Vertrouwen op visuele check zonder test |
| Combineer loodvervanging met voeg- of dakwerk | Alleen lood vervangen zonder omliggend onderhoud |
8. Conclusie & Call to Action
De juiste loodslabdikte en een inzetdiepte van 40–60 mm in de voeg zijn essentieel voor een waterdichte, duurzame schoorsteenaansluiting. Met loodslab van minimaal 0,6 mm dikte op standaard locaties, en altijd volgens Bouwbesluit gemonteerd, voorkomt u lekkages en vervolgschade. Wilt u zeker weten dat uw schoorsteenlood vakkundig wordt geplaatst? Neem vandaag nog contact op met onze gecertificeerde dak- en schoorsteenspecialisten voor een vrijblijvende offerte!
